PFAS-onderzoek in Beernem duurt langer dan verwacht, maatregelen blijven gelden
Het bodemonderzoek naar de PFAS-verontreiniging in Sint-Joris bij Beernem neemt meer tijd in beslag dan verwacht. Dat antwoordt minister Jo Brouns (CD&V) op vraag van Vlaams parlementslid Gijs Degrande (N-VA).
In het grondwater zijn verhoogde PFAS-waarden vastgesteld. Wie in de buurt woont van het kanaaleiland Vaart-Zuid kreeg al het advies om voorzichtig te zijn met zelfgekweekte groenten en eieren van eigen kippen. Ook putwater gebruik je beter niet als drink- en kookwater.
De PFAS-verontreiniging in de eerste zone kan mogelijk gelinkt worden aan een eventuele brand geblust met blusschuim ter hoogte van de voormalige landingsbaan van de voormalige zweefvliegclub. De club was actief tussen 1988 en 1998. In de tweede zone is de PFAS-verontreiniging vermoedelijk ontstaan tussen 1996 en 2009, toen er slib werd gestort.
Maatregelen
Om de verontreiniging verder in kaart te brengen en om na te gaan wat het verdere risico is voor mens en milieu, is verder bodemonderzoek nodig. “Uit het antwoord van minister Brouns blijkt dat de bodemsaneringsdeskundige al veldwerk heeft uitgevoerd, maar dat er nog bijkomend veldwerk nodig is", zegt parlementslid Gijs Degrande.
“Vraag is of het slib veilig en verantwoord onder de juiste voorwaarden is gestort. Het is belangrijk dat we deze situatie nauwgezet blijven opvolgen en de reeds ingestelde maatregelen zo snel mogelijk bijpassen van zodra er meer details bekend zijn.” De Vlaamse Waterweg moet de geplande acties voor 1 december aan OVAM kenbaar te maken.