OCMW Kortrijk biedt enkel nog ondersteuning in Nederlands: “Wie steun wil, moet Nederlands spreken of met een tolk komen”
Mensen die naar het bijzonder comité voor de sociale dienst in Kortrijk stappen, het vroegere OCMW, zullen voortaan alleen nog in het Nederlands worden geholpen. Wie de taal niet kent, moet zelf voor een tolk zorgen. Vroeger mochten mensen zich laten bijstaan, nu moeten ze. Volgens de bevoegde schepen is er niet zo veel veranderd, maar armenorganisaties vrezen dat bepaalde mensen door de maatregel uit de boot zullen vallen.
"Eigenlijk is er in de praktijk niets veranderd," vertelt de bevoegde schepen Giovanny Saelens (N-VA). "In die zin dat wij de taalwetgeving naleven. Wel was het zo dat het voor de cliënten niet altijd duidelijk was hoe een zitting exact verliep. Nu hebben we dat verduidelijkt in de uitnodigingsbrief, dat de zitting uitsluitend in het Nederlands verloopt."
Pragmatisch
Maar tot voor kort sprong de dienst daar pragmatisch mee om. Er werd al eens een woord Engels of Frans gesproken, of de dienst liet een personeelslid die bijvoorbeeld Russisch of Arabisch sprak vertalen. Schepen Giovanny Saelens: "Pragmatisch zijn is geen optie wanneer je een wet hebt die strikt moet worden nageleefd. Het kan zijn dat een persoon, wanneer hij hier gehoord wordt, dat hij het Nederlands niet machtig genoeg is om zich voor een comité van negen man te komen verduidelijken. Daarom laten we de optie: je kan een tolk meenemen of een vertrouwenspersoon om te vertalen."
A'kzie: "weinig zin"
Nu moet de steuntrekkende dus zelf voor een tolk of vertaler zorgen. VZW A’kzie, die het opneemt voor armen, vreest dat bepaalde mensen daardoor uit de boot zullen vallen. Hanane Bouaziz : VZW A’kzie: “Wij weten dat, om de stap te zetten naar het OCMW, er bij veel mensen drempels zijn. En met dit nieuw reglement vrees ik dat de drempels nog hoger zullen zijn. Nederlandse lessen zijn uiteraard belangrijk. Ze moeten Nederlands kunnen spreken, om hun rechten te kennen en de wetgeving te verstaan, maar het is niet altijd evident, en niet voor iedereen even gemakkelijk om Nederlands te leren.”
Kortrijk wil natuurlijk mensen stimuleren om Nederlands te leren. Maar dat moeten steuntrekkers hoe dan ook, anders verliezen ze hun leefloon. De nu meer strikte aanpak heeft dan ook weinig zin, zegt de vzw A'kzie.
Vlaams Belang: "was ook onze eis"
Schepen Giovanny Saelens (N-VA) drong als voorzitter van het Bijzonder Comité aan op deze aanpassing. "Maar de aanpassing in het OCMW-beleid komt er ook op eis van Vlaams Belang Kortrijk,” zegt Wouter Vermeersch, Kamerlid en fractieleider voor Vlaams Belang. “Kortrijk is een Vlaamse stad, wie hier steun wil, moet Nederlands spreken of de taal aanleren. We moeten de ambitie hebben om het strengste OCMW van Vlaanderen te worden.”