De gigantische onderkaakbeenderen van de dode vinvis Antonius, die vorig jaar in oktober aan land getrokken werd op het strand van De Haan, zijn weer aangekomen in de badplaats.
Medewerkers van de universiteit van Gent ontvleesden en onvetten de kaak en en weekten die maanden in een bad. De kaakbeenderen zijn samen ruim vier meter lang en wegen elk 176 kilogram. Antonius spoelde eind oktober aan. Uit onderzoek bleek dat het dier een natuurlijke dood was gestorven. Met man en macht werd het achttien meter lange en dertig ton zware dier in stukken gesneden en naar het vilbeluik afgevoerd.
Nu zullen de kaakbeenderen deze zomer het pronkstuk worden van een tentoonstelling in de Vosseslag. "Wij gaan daar niet alleen Antonius tonen, maar ook andere zeezoogdieren die door de jaren heen in De Haan en Wenduine of aan de kust zijn aangespoeld. Het oudste stuk dat we gevonden hebben in Brussel in een museum is een orca van 1843 die is aangespoeld in Wenduine", zegt burgemeester Vandaele.
Bruinvissen
En Wenduine heeft iets met zeezoogdieren. Vooral met de bruinvis. Bruinvissen werden door vissers als een bedreiging beschouwd omdat ze in de netten zwommen en die scheurden. In de jaren 1300 kregen de Wenduinse vissers de toestemming om die bruinvissen te bejagen en die bruinvis is tot op vandaag het symbool in het wapenschild van Wenduine.
