Je moet ingelogd zijn om gratis livestreams en video’s te kunnen bekijken.
Exact één maand nadat de kaap van 700 dieren werd overschreden is de zomerdukte in volle gang: vandaag werd in het Oostendse Opvangcentrum voor Vogels en Wilde Dieren de 1500ste patient voor verzorging binnen gebracht sinds januari.
Voor het centrum waren de voorbije maanden met corona niet evident, en het is nu duidelijk dat het opnieuw een extreem drukke zomer zal worden. Ten opzichte van het al zo drukke jaar 2019 noteren we nu al een stijging van 25% of meer dan 300 dieren in nood extra in vergelijking met dezelfde periode vorig jaar.
Een directe oorzaak voor de grote toename is niet te benoemen: het gaat niet om één of twee soorten waarvan er plots zo veel meer worden binnen gebracht. Bij zowel Bergeendjes, Kool-Pimpel- en Staartmezen, Grote bonte spechten, roofvogels en Steenmarters zien we telkens een lichte stijging. Mogelijks heeft het ook te maken met het feit dat mensen veel meer in en rond hun tuin en de natuur bezig zijn, en dat veel dieren door de coronastilte dichter bij de mensen zijn gaan nestelen. Dat op zich is geen probleem maar wanneer een dier dan in de problemen komt, wordt het natuurlijk sneller gevonden om binnen te brengen.
Deze evolutie is trouwens in zo goed als alle Opvangcentra voor wilde dieren te zien. Directeur Claude Velter roept op de Vlaamse Opvangcentra voor Wilde Dieren te blijven steunen.