Kwart min­der trans­mi­gran­ten opgepakt

De sterke daling ten opzichte van het jaar voordien valt te verklaren door een forse opstoot van het aantal transmigranten begin 2016. De situatie was toen zo uitzonderlijk dat minister van Binnenlandse Zaken Jan Jambon (N-VA) zich genoodzaakt zag om aan de grens met Frankrijk, vooral aan de Westkust, opnieuw identiteitscontroles uit te voeren.

De scheepvaartpolitie in Zeebrugge was goed 40 procent van de arrestaties, politiezone Brugge 9 procent. Dat bijna de helft werd opgepakt in de omgeving van Zeebrugge is niet verwonderlijk want heel wat transmigranten proberen vanuit Zeebrugge de oversteek te maken naar Groot-Brittannië. Op en rond snelwegen werd 10 procent van het aantal transmigranten gevat.

Een vijfde van de transmigranten waren mensen uit Eritrea, 15 procent kwam uit Soedan, 14 procent uit Irak. In 2016 waren er nog ontzettend veel Iraniërs maar dit jaar is hun aandeel verwaarloosbaar in de cijfers. Er kwamen ook 8.000 meldingen binnen.

Nieuwe routes

"De situatie blijft dus beheersbaar maar we moeten wel alert zijn. De problematiek valt niet weg en de druk blijft", aldus gouverneur Carl Decaluwé. "De cijfers verschillen ook fors van maand tot maand. Dat geeft aan dat er vaak golfbewegingen zijn, door nieuwe routes, door andere mensensmokkelaars, ...".

De kans is niet onbestaande dat de cijfers opnieuw zullen stijgen want in het voorjaar, vanaf 1 maart, start reder Seabourne Freight vanuit Oostende met een nieuwe ferrydienst naar Groot-Brittanië. "We zijn volop bezig om die opstart voor te bereiden zodat Oostende niet opnieuw aantrekkingspool wordt voor transmigranten", aldus Decaluwé. De voorbije jaren was de illegalenproblematiek in en rond Oostende nagenoeg onbestaande door het faillissement van Transeuropa Ferries en het einde van de rechtstreekse ferryverbing vanuit Oostende. Daarvoor probeerden ook heel wat vluchtelingen vanuit Oostende in Groot-Brittannië te geraken.