Het buitengewoon internaat Kastor in Kuurne zal vanaf 1 januari 2023 een voorlopige erkenning kunnen krijgen als welzijnsvoorziening. Vanaf 1 september 2023 valt het internaat dan definitief onder de bevoegdheid Welzijn.
“Het internaat wordt een volwaardige welzijnsvoorziening, zodat de kinderen die er verblijven de best mogelijke omkadering kunnen krijgen,” aldus Vlaams minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin Hilde Crevits die deze namiddag op bezoek was bij Kastor. Het gaat om kinderen en jongeren die uit een verontrustende opvoedingssituatie komen en tijdelijk bij Kastor kunnen verblijven en begeleiding krijgen om opnieuw naar huis te kunnen of zelfstandig te gaan wonen.
“Kastor is geen onderwijsinternaat in de klassieke betekenis, maar het is een plek waar kinderen verblijven die vooral nood hebben aan extra zorg en begeleiding. Daarom is het een goede zaak dat Kastor nu een welzijnsvoorziening kan worden. Deze transitie maakt deel uit van een ruimere operatie waarbij voor 21 instellingen die nu bij onderwijs horen, wordt gekeken op welke manier leerlingen beter ondersteund kunnen worden omdat ze bijzondere zorgnoden hebben.”
21 internaten
In juli vorig jaar besliste de Vlaamse regering om 21 internaten waar kinderen met bijzondere noden verblijven de kans te geven om over te gaan naar welzijn. Het gaat in vele gevallen over internaten waar kinderen met een handicap verblijven en waarvoor een klassieke internaatsformule onvoldoende garanties biedt op de juiste zorg en omkadering. Kastor in Kuurne, daarentegen, is een plek waar kinderen en jongeren uit een verontrustende opvoedingssituatie terecht komen. Vanaf 1 januari 2023 zal Kastor, dat deel uitmaakt van het GO! een voorlopige erkenning kunnen krijgen als welzijnsinstelling. Dat is, omwille van het moment midden in een schooljaar, een tussenstap naar een definitieve erkenning vanaf 1 september 2023.
Omdat de noden van de leerlingen overal anders zijn, zal de transitie er voor elk betrokken internaat anders uitzien. De Vlaamse regering heeft voor deze transitie, en dus om tegemoet te komen aan de extra zorg- en begeleidingsnoden van de betrokken leerlingen, een budget van 15 miljoen euro voorzien, bovenop de middelen die vandaag al vanuit onderwijs worden ingezet.