Bij­na 10.000 slip­jes aan de was­lijn: Slyp­s­ka­pel­le doet record van 25 jaar gele­den nog eens over

75 vrijwilligers zijn al een hele week druk in de weer met het ophangen van slipjes in Slypskapelle. Het hele dorp hangt zowat vol met wapperende onderbroeken aan een waslijn.

Jean-Luc Deprez: H"et moeten gedragen slipjes zijn. Het mogen geen nieuwe zijn. En ze moeten proper zijn. En dat is meegevallen. Ik heb er eigenlijk vijf moeten weggooien, waarvan ik zeg: 'Die gaan we toch niet uithangen.'"

Elvire Vanysacker: "Verrassende exemplaren in alle formaten. Hele grote waar je waarschijnlijk met drie personen in kan. En we hebben ook hele kleintjes en een aantal die zich beperken tot enkele touwtjes. Exemplaren waarvan u zegt: “Dit zou ik nooit dragen.” Ja, of hoe doe je ze überhaupt aan. Ingewikkeld soms."

Het is een pak werk voor één dag slipjesexpo, nu zondag tijdens de rommelmarkt. Slypskapelle heeft 1.000 inwoners en 15 verenigingen, maar iedereen is begaan met het onderbroekenavontuur.

In het jaar 2000 stuntte Slypskapelle al eens met onderbroeken. Het begon allemaal met een idee van meester Luc Castelein, die intussen overleden is. Het is intussen 25 jaar later.

Chris Scheldeman: "We hadden er toen meer dan 4.200. We hebben er nu al, zonder dat we er nog moeten ophalen 9.200. Mijn man zou enorm fier geweest zijn. Oh ja. Hij wilde het record breken van 6.000, maar dat heeft hij niet gehaald."

Maar wat moet je dan na zondag met duizenden slipjes aanvangen?

Jean-Luc Deprez: "Als er ideeën zijn, zeker welkom, hé. Ik dacht zo bij mezelf: “Als een textielkunstenaar dat ziet hier, potverdorie, ik ga een project maken met onderbroeken.” Textielkunstenaar, kom ze maar halen. Je krijgt ze gratis voor niks, maar je moet ze zelf komen halen."

En anders gaan ze wellicht naar een voddenverwerkingsbedrijf. Maar tot zondag geven de bijna 10.000 slipjes heel Slypskapelle alvast kleur.