De restanten van de voormalige abdij Ter Doest in Lissewege blijken goed bewaard. Dat meldt de provincie West-Vlaanderen na onderzoek in samenwerking met de stad Brugge en de Universiteit Gent. Mogelijk zijn er nog muurresten, fundamenten en vloeren aanwezig.
Vandaag blijft er van de middeleeuwse abdij Ter Doest enkel nog de grote schuur overeind. De hoeve en kapel aan de toegangsdreef van de erfgoedsite dateren uit de 17de eeuw. Het vermoeden was dat er ondergronds nog heel wat archeologische resten te vinden zouden zijn. Daarom voerde de UGent in het najaar van 2021 een onderzoek uit via geofysische bodemscans. Met bodemsensoren scanden onderzoekers de weiden ten oosten van de abdijschuur.
Nieuwe kansen voor verder onderzoek
Uit het onderzoek blijkt dat net onder het oppervlak het volledige grondplan van de abdij af te lezen valt. Dat wijst mogelijk op de aanwezigheid van muurresten, fundamenten en vloeren. Op het plan zijn aanwijzingen te zien voor de mogelijke abdijkerk, het klooster, een sacristiegebouw en kapittelzaal. Opvallend is dat de sporen net onder het oppervlak aanwezig zijn, al vanaf 15 centimeter diepte.
Uit magnetische metingen blijkt dat de archeologische sporen mogelijk zeer goed bewaard zijn gebleven. De aangetroffen resten zijn daardoor historisch, archeologisch en wetenschappelijk belangrijk. "De resultaten openen heel wat nieuwe kansen voor verder onderzoek", klinkt het.
Het is de bedoeling om op Open Monumentendag in september meer details vrij te geven over de resultaten van het onderzoek en om deze toegankelijk te maken voor het brede publiek aan de hand van verschillende activiteiten.