West-Vlamingen meer slachtoffer van phishing en ergeren zich aan verkeersoverlast
Je moet ingelogd zijn om gratis livestreams en video’s te kunnen bekijken.
West-Vlamingen ergeren zich aan verkeersoverlast en sluikstorten in hun buurt. Meer en meer worden ze het slachtoffer van phishing. Toch voelen ze zich bijna altijd veilig in hun buurt. Dat blijkt uit de Veiligheidsmonitor 2021.
De Veiligheidsmonitor 2021 van de Federale politie is een grootschalig bevolkingsonderzoek dat nu al aan zijn tiende editie toe is. De vorige editie was in 2018. Er deden deze keer bijna 100.000 mensen mee van 15 jaar of ouder. In West-Vlaanderen hebben 16.097 mensen de enquête ingevuld.
Net als in 2018 bevat de Veiligheidsmonitor 2021 vier grote thema’s: buurtproblemen, (on)veiligheidsgevoel, slachtofferschap en preventie politie. Onze redactie licht enkele zaken uit die in West-Vlaanderen opvallend zijn.
Buurtproblemen: verkeersoverlast
West-Vlamingen lijken zich in hun buurt vooral te ergeren aan de ongepaste snelheid van wagens in de buurt (59,42%), sluikstorten en zwerfvuil (41,95%) en de overlast van zwaar verkeer (36,11%). Opvallend is dus dat het enige niet-verkeersgerelateerde probleem in de top 5: sluikstorten en zwerfvuil, op de tweede plaats staat. Dat is ook zo voor heel België.
Ook is meer dan een derde het ermee eens dat hinderlijk parkeren in de buurt een probleem vormt. De top vijf van buurtproblemen wordt vervolledigd met agressief verkeersgedrag. 31,93 procent geeft aan dat dat in de buurt wel eens opduikt.
Een vijfde van de respondenten heeft het dan weer over fietsdiefstallen en woninginbraken.
(On)veiligheidsgevoel
Hoe veilig voelen West-Vlamingen zich in het algemeen? De Veiligheidsmonitor 2021 toont aan dat 71 procent van de West-Vlaamse respondenten zich zelden tot nooit onveilig voelt. Slechts 4,29 procent voelt zich vaak onveilig. Dat is vooral zo bij de jongste leeftijdscategorie (15-24 jaar). De cijfers liggen in lijn met de algemene cijfers in België.
Positief nieuws is dat amper 6,48 procent van de West-Vlamingen aangeeft dat hij/zij/die wel eens op straat is lastig gevallen. Vooral vrouwen tussen de 15 en 24 jaar krijgen hiermee te maken.
Ten opzichte van 2018 is het veiligheidsgevoel gedaald. 2018 was op dat vlak een historisch positief jaar. Mogelijk hadden de verscherpte veiligheidsmaatregelen naar aanleiding van de terroristische dreiging hiermee te maken.
Slachtofferschap: phishing in opmars
De Veiligheidsmonitor peilt of iemand in de afgelopen 12 maanden minstens één keer slachtoffer is geworden van een bepaald crimineel feit en of die persoon daarvan aangifte heeft gedaan. Daaruit blijkt dat informaticacriminaliteit het vaakst voorkomt.
Zo zegt 41,35 procent de afgelopen 12 maanden minstens één keer slachtoffer te zijn geweest van phishing, 32,28 procent zegt minstens één keer slachtoffer geweest te zijn van oplichting via internet en 7,37 procent van hacking. Dit kan zowel gaan om pogingen als om feiten waarbij criminelen effectief bankgegevens of data konden bemachtigen en/of geld konden stelen.
“De cijfers tonen aan hoe alomtegenwoordig informaticacriminaliteit vandaag de dag is en hoe belangrijk het is om te blijven inzetten op preventie en op beveiliging van informaticasystemen”, klinkt het.
Phishing, oplichting via internet en hacking behoren tot de categorie van criminele feiten waarvan het minst aangifte wordt gedaan. Nog geen 1 op de vijf slachtoffers maakt melding.
“Het is belangrijk om de drempel voor aangiftebereidheid te verlagen, bijvoorbeeld door de niet-dringende aangiftes via Police-On-Web verder uit te breiden en te promoten”, meldt de politie.