Is de auteur van het Wilhelmus -het Nederlandse volkslied- Petrus Datheen (1531-1588), een Ieperling met een bedenkelijke reputatie? En dus niet Marnix van Sint-Aldegonde zoals altijd is aangenomen?
Dat zou alvast moeten blijken uit onderzoek van enkele universiteiten. Nederlandse en Vlaamse onderzoekers (Meertens Instituut, Universiteit Utrecht en Universiteit Antwerpen) kwamen er bij toeval achter dat de schrijfstijl van Datheen stilistisch opvallend veel gelijkenissen vertoont met het Wilhelmus. Nieuw is de discussie zeker niet, en er is nog heel wat historisch onderzoek nodig.
Maar wie was die Petrus Datheen? De man brengt een tijd in Ieper door, in het Karmelietenklooster om daar priester te worden. Maar als Datheen meemaakt dat een negentienjarige jongen wordt verbrand om zijn geloof, besluit hij uit te treden en zoekt hij toenadering tot het calvinisme.
Dichter van het zevenste knoopsgat
Petrus Datheen schrijft heel wat psalmen, die ook nu nog gebruikt worden. Maar hij is altijd controversieel, een oproerkraaier en moet ook afrekenen met een bedenkelijke reputatie. Chris Beel, heemkundige kring Ieper: “Een psalmoproerkraaier, een dichter van het zevende knoopsgat, hij heeft belangrijke tegenstanders gehad, dat is duidelijk, maar die commentaren zijn wel een beetje overdreven.”
Datheen vond dat men moest partij kiezen voor het zuivere calvinisme, en niet kiezen voor alle soorten omwegjes zoals die van Willem Van Oranje, die veel ruimdenkender was, gematigder. Willem Van Oranje zou Petrus Datheen zelfs laten opsluiten en later ook uit de Nederlanden verbannen.
Dat net hij dan de auteur van het Wilhelmus zou zijn, maakt de ironie compleet.