Marine jaagt op vliegtuigbom van halve ton
Vanmiddag hebben de Belgische en Nederlandse Marines samen een 500 kilo zware vliegtuigbom uit de Tweede Wereldoorlog onschadelijk gemaakt voor de kust van Zeebrugge.
Ze werken al langer samen om de toegangsroutes van de havens van Antwerpen en Gent te vrijwaren. Vorige week nog vlogen twee olietankers in de ingang tot de Straat van Hormuz in brand door een eventuele torpedo-aanval of door het plaatsen van een “limpet mijn”, dat is een mijn die gehecht is gehecht aan een doelwit door middel van magneten. "Dit incident toont aan dat nauwe zeevaartroutes enorm kwetsbaar zijn voor eventuele aanwezigheid van springtuigen", luidt het. Dat de vernietiging in deze periode van het jaar gebeurt is geen toeval. Er zijn minder hoge golven en de stroming zit goed.
Ook het Kanaal en de Noordzee, juist voor onze kust kent dagelijks meer dan 1000 scheepsbewegingen en is zo een van de drukst bevaren zeeroutes ter wereld. 85 procent van alle goederen die België bereikt, doet dit via de zee. Deze strategische doorgang kan een ideaal doelwit zijn en zo de handel naar ons land verstoren.
Drones
De Belgische marine telt vijf mijnenjagers en staat met Nederland aan de wereldtop als het gaat om het opruimen en onschadelijk maken van onderzeese oorlogsmunitie. En die toekomst oogt rooskleurig, met de komst van nieuwe mijnenjagers die uitgerust zullen zijn met drones.