2,6% minder geboortes in West-Vlaanderen
In West-Vlaanderen zijn er in 2022 2,6% minder geboortes geregistreerd dan in het jaar voorheen. Die trend ligt in de lijn met de rest van Vlaanderen. Dat blijkt uit cijfers van minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin Hilde Crevits (CD&V) en het agentschap Opgroeien.
In 2021 werden er in Vlaanderen 66.560 kinderen geboren. Dat waren er 2.949 meer dan in 2020 of een stijging met 4,6 procent. Het ging om de sterkste stijging in 20 jaar want de voorbije 10 jaar kende het geboortecijfer vooral een dalende trend. De nieuwe cijfers van 2022 tonen aan dat de piek in het geboortecijfer van 2021 inderdaad een uitzondering was, al wijzen de vooruitzichten volgens minister Crevits vanaf 2023 wel opnieuw op een stijging.
Meer jongens dan meisjes
Het geboortecijfer daalde in 2022 in elke provincie, maar de daling was duidelijk groter in Oost-Vlaanderen (-5,7 procent) en Antwerpen (-5,4 procent) dan in Vlaams-Brabant (-4 procent), West-Vlaanderen (-2,6 procent) en Limburg (-1,6 procent). Net zoals de vorige jaren werden in 2022 meer jongens (51,2 procent) dan meisjes (48,8 procent) geboren. Dit verschil doet zich in elke provincie voor.
Minder moeders jonger dan 30 jaar
De nieuwe geboortecijfers bevestigen ook een trend die al langer aan de gang is: de gemiddelde leeftijd van de moeders die bevallen, neemt toe. Waar in 2015 nog 47,7 procent van alle borelingen een moeder had jonger dan 30 jaar, is dat in 2022 gezakt naar 40,4 procent. Het aandeel kinderen met een moeder tussen 35 en 40 jaar is tussen 2020 en 2022 gestegen van 14,9 naar 16,1 procent.
Minst aantal moeders met niet-Belgische nationaliteit
Het aandeel kinderen met een moeder met een niet-Belgische nationaliteit is in 2022 opnieuw gestegen, meer bepaald naar 22,5 procent. Dat is hoger dan de voorgaande jaren. Het percentage ligt het hoogst in de provincie Antwerpen (27,6 procent) en het laagst in de provincie West-Vlaanderen (17,2 procent).