CD&V wil streng, maar rechtvaardig asiel- en migratiebeleid
CD&V wil een streng, maar rechtvaardig asiel- en migratiebeleid voeren. "Wie het recht heeft om in ons land de blijven moet dat kunnen, maar wie dat niet heeft moet uitgewezen worden", klinkt het bij de partij.
“We hinken achterop als het gaat om terugkeerbeleid. Het gemiddelde terugkeercijfer in Europa ligt op 36,7%, wij halen amper 18%. Onze doelstelling moet minstens het Europees gemiddelde zijn, daarom willen we enkele maatregelen nemen de komende legislatuur”, zegt Franky Demon die het asiel- en migratiethema opvolgt voor CD&V.
Zwakke schakel
“Een aantal zaken zijn voor ons prioritair om tot een streng, maar rechtvaardig beleid te komen”, Gaat Demon verder. “Een zwakke schakel in het asiel- en migratiebeleid is het terugkeerbeleid. Onze visie blijft vrijwillig als het kan, gedwongen als het moet, maar met een terugkeerratio van 18% scoort België erg zwak op Europees niveau. “Onze doelstelling in de komende legislatuur is om minstens 36,7% te halen, het Europees gemiddelde. Maar idealiter streven we naar de cijfers van Duitsland, Luxemburg en de VK waar de terugkeerratio 46,3% en 53% is.”
Om die cijfers te kunnen evenaren moet volgens Demon meer geïnvesteerdworden in personeel en in middelen. In het kader van het terugkeer beleid moeten ook de woonstbetredingen bespreekbaar zijn. “Als blijkt dat er op dat vlak op het terrein nog problemen bestaan, zullen een wettelijk initiatief nemen hierrond. Er moeten voldoende juridische waarborgen zijn”, aldus het Brugse Kamerlid.
Te trage procedures
Een ander heikel punt is de Dienst Vreemdelingenzaken (DVZ). De DVZ slaagt er niet in snelle beslissingen te nemen. “Verschillende procedures lopen veel te traag en dit heeft nefaste gevolgen voor de betrokkenen. We vragen dan ook een grondige externe audit op basis waarvan DVZ hervormd moet worden.”, zegt het Kamerlid.
Ook de gezinshereniging moet strenger. “Het laatste wat we willen is gezinshereniging onmogelijk maken, maar er moet wel écht gecontroleerd worden tijdens de controleperiode de eerste vijf jaar,” geeft Demon aan. Het recht op gezinshereniging is immers aan strenge voorwaarden onderworpen, zoals een vast netto inkomen dat 120% van het leefloon bedraagt en een ziekteverzekering hebben. De eerste vijf jaar van het verblijf van gezinsleden in ons land moet men aan die voorwaarden blijven voldoen. “Maar die controles zijn vandaag niet doorgedreven”, hekelt Demon. “We hameren erop die controles effectief uit te voeren. Daarnaast willen we onderzoeken of we na een aantal jaren van het gezin als geheel een hoger inkomen (niet uit sociale zekerheid) kunnen verwachten. Zo willen we de partner die uit het buitenland naar België komt, aansporen om zelf ook aan de slag te gaan.”, zegt Demon.
Transmigranten
Daarnaast blijft ook de problematiek van transmigranten een belangrijke, maar ook complexe opgave. Hiervoor moeten op verschillende beleidsniveaus maatregelen genomen worden. “Voor ons mag ook het lokale niveau zeker niet vergeten worden. De lokale besturen moeten voldoende ondersteund worden en dat niet alleen in de aanpak van transmigratie overigens, maar bijvoorbeeld ook bij het openen van een nieuw asielcentrum. De komst van een asielcentrum leidt immers tot ongerustheid bij de buurt inzake veiligheid. En hoewel de cijfers duidelijk aantonen dat een nieuw asielcentrum niet leidt tot meer criminaliteit, zien we wel dat er in de beginfase vaak onbedoeld vormen van overlast kunnen ontstaan (bv. Wifi aftappen in voortuinen, met veel personen tegelijk een winkel binnenstappen,…).
“Wij blijven inzetten op die veiligheid en vragen daarom dat de lokale politie ondersteund wordt als er een asielcentrum komt in hun politiezone”, zegt het Kamerlid. Hij vervolgt: “Dat kan bijvoorbeeld via een vrijstelling om bovenlokale politietaken te doen, zoals voetbalwedstrijden of betogingen.” Met zo’n vrijstelling kan de lokale politie zich volledig toeleggen op de buurt. Ook stelt men volgens Demon best iemand aan die als vast aanspreekpunt fungeert. Dat kan een wijkagent zijn, maar ook een ambtenaar. Burgers moeten met al hun vragen en bezorgdheden bij die persoon terecht kunnen.
Flexibel opvangmodel
“Tenslotte moeten we werk maken van een flexibel opvangmodel voor asielzoekers, met voldoende bufferplaatsen, een evenwichtige spreiding en een goed evenwicht tussen collectieve en individuele opvangplaatsen. Met deze bufferplaatsen vermijden we dat we telkens opvangplaatsen moeten openen en weer sluiten, met alle mogelijke onrust van dien”, zegt de Bruggeling. “Uiteraard moeten deze maatregelen in combinatie gezien worden met het Vlaams inburgeringsbeleid. Integratie is voor ons zeer belangrijk”, besluit Demon.
Taalfout opgemerkt?
Heb je een taal- of schrijffout opgemerkt in dit artikel?