De trambus is in Kortrijk nog niet afgeschreven. Openbaarvervoermaatschappij De Lijn startte begin oktober een studie naar de knelpunten op het traject tussen Kortrijk en Hoog Kortrijk. Dat meldt Vlaams parlementslid Bert Maertens (N-VA).
In oktober 2015 liep in Kortrijk, in het kader van de vakbeurs Busworld, een proefproject met een trambus. Dat was toen een primeur voor Vlaanderen. De test werd door De Lijn West-Vlaanderen algemeen positief geëvalueerd. "Wel merkte De Lijn op dat de weginfrastructuur vandaag geenszins voorzien is op de komst van zo'n trambus. De test was ook niet voldoende om een gefundeerde beslissing te kunnen nemen over het al dan niet invoeren van trambussen in Kortrijk", zegt Bert Maertens.
Knelpunten
Daarom besliste De Lijn om een doorstromingsstudie te laten uitvoeren om de knelpunten in kaart te brengen en die eventueel aan te pakken. De studie kent een doorlooptijd van zes maanden, dus de resultaten moeten nog even op zich laten wachten. Ze dient als uitgangspunt voor de opmaak van de uiteindelijke maatschappelijke kosten-batenanalyse. Die analyse zal verschillende vervoersmiddelen tegen elkaar afwegen, waaronder de trambus.
Een trambus houdt het midden tussen een tram en een gelede bus. De binnenkant heeft brede gangpaden, een lage vloer en grote in- en uitgangen, veel ruimer en comfortabeler voor de reiziger. De buitenkant heeft dan weer het aanzien een tram, onder andere door de afgeschermde wielen. Kortrijk toonde zich alvast voorstander van het vervoermiddel.