(Bedrijfs-)Fiets alsmaar populairder, maar koning auto blijft regeren

Vandaag rijdt meer dan 1 op 5 van de werknemers in West-Vlaanderen op de fiets naar het werk.
Dat blijkt uit de derde mobiliteitsbarometer van hr-dienstverlener Acerta. 72,6 % doet het woon-werktraject met de auto. Een verwaarloosbare 4% neemt al eens het openbaar vervoer. Dat is minder dan het nationaal gemiddelde (7,4%) Daarmee zit er in het mobiliteitspalet in West-Vlaanderen niet veel beweging.
22,8% gaat regelmatig met de fiets naar het werk
De opmars van de fiets als vervoermiddel van en naar het werk begon al in 2011. Ook in 2017 zette deze trend zich door. Na Antwerpen en Oost-Vlaanderen noteren we hier het hoogste percentage. Thijs Deklerck, kantoordirecteur Acerta Roeselare: "Uit onze dagelijkse contacten met CEO’s en hr-directeurs leren we dat werknemers meer en meer aan hun werkgever vragen om bedrijfsfietsen beschikbaar te stellen, al dan niet elektrische. De langer wordende autofiles hebben blijkbaar een pijnpunt bereikt". En hoewel er een verhoogde interesse is in trein, tram, bus en metro, doet onze provincie daar niet aan mee. Hoewel er een stagnatie is. De auto blijft onbestwistbaar de nummer één van alle gekozen mobiliteitsoplossingen. In West-Vlaanderen koos 72,6% van de werknemers ervoor om met de auto naar het werk te gaan, dat is nog maar een kleine stijging van 0,3 %. Vooral de bedrijfwagen blijkt populair te zijn.