Houdt oranje bastion West-Vlaanderen stand?

Frank Vergucht
West-Vlaanderen kleurde in 2019 nog als een van de weinige kieskringen overwegend oranje in een zee van N-VA-geel en Vlaams Belang-zwart. Of de christendemocraten die status er op 9 juni kunnen vasthouden, is onzeker.
Op een strook kustgemeenten en Izegem na is het beeld in 2019 duidelijk in West-Vlaanderen: CD&V is en blijft er de grootste partij. Dat is historisch zo: de partij doet het traditioneel goed in plattelandsgemeenten, en daarvan zijn er in West-Vlaanderen in overvloed. Ze heeft van alle partijen ook veruit de meeste West-Vlaamse burgemeesters en blijft zo lokaal sterk verankerd, al speelt in 2019 wellicht ook het gebrek aan West-Vlaamse N-VA-boegbeelden een rol.
Wie zijn de kopstukken van de verschillende partijen?
Zo'n kopstuk heeft CD&V in 2019 wel. Vlaams minister Hilde Crevits haalt bijna 131.000 voorkeurstemmen voor het Vlaams Parlement, meer dan vier keer zoveel als de nummer 2, Open VLD'er Bart Tommelein.
De eerste N-VA'er Bert Maertens volgt op plaats drie met 28.000 stuks, ongeveer even veel als Vlaams Belanger Stefaan Sintobin.
Federaal moet CD&V-lijsttrekker Hendrik Bogaert Vooruit-voorzitter John Crombez laten voorgaan, maar ook hij haalt bijna 50.000 voorkeurstemmen. Sander Loones en Jean-Marie Dedecker halen voor N-VA respectievelijk 44.000 en 40.000 voorkeurstemmen binnen.
Houdt CD&V stand?
Ook in 2024 blijft Hilde Crevits de onbetwiste kopvrouw in
West-Vlaanderen. De Vlaamse minister van Welzijn trekt er opnieuw de
Vlaamse lijst, al wordt ze in tegenstelling tot vijf jaar geleden niet
meer in het zadel gehesen als kandidaat-minister-president.
Hoewel de
Torhoutse een belangrijke stem blijft binnen de partijtop, is ze niet
meer het camapagneboegbeeld voor heel Vlaanderen.
Federaal kunnen de christendemocraten geen beroep meer doen op Hendrik Bogaert, die met 'Redelijk Rechts' een eigen partij is gestart. Oud-minister Nathalie Muylle trekt nu de CD&V-Kamerlijst, maar zij moest het in 2019 met minder dan de helft van de voorkeurstemmen van Bogaert doen.
Politieke hete hangijzers: stikstof & Ventilus
Niet alleen het politiek personeel is veranderd, ook de omstandigheden. De twee Vlaamse koppijndossiers bij uitstek - stikstof en de Ventilus-hoogspanningsverbinding - spelen zich geheel of ten dele in West-Vlaanderen af. Vlaams Belang speelt handig op de misnoegde stemming in.
Dat kan de N-VA, de grootste Vlaamse regeringspartij, niet. Maar die trekt in juni wel enigszins versterkt naar de West-Vlaamse kiezer. De onafhankelijke Jean-Marie Dedecker wordt lijsttrekker voor de Kamer. De burgemeester van Middelkerke werd in 2019 verkozen vanop de lijstduwersplaats, met bijna 41.000 voorkeurstemmen. Daarmee was hij de op vier na populairste politicus in West-Vlaanderen. Sander Loones verkast naar de Vlaamse lijst en kan daar mogelijk de vruchten oogsten van zijn sterke oppositiewerk in de Kamer.
Met Melissa Depraetere en Jeremie Vaneeckhout komen bovendien ook twee partijvoorzitters op in West-Vlaanderen.
Open VLD heeft met oudgediende Vincent Van Quickenborne een potentieel stemmenkanon in huis op de federale lijst, al valt af te wachten of de Kortrijkse burgemeester de gevolgen van 'pipigate' ondervindt.
Vlaams Belang, dat in Vlaanderen ruimschoots op kop staat in de peilingen, heeft met Kamerlid Wouter Vermeersch en Vlaams Parlementslid Immanuel De Reuse iets minder bekende figuren in huis, al lijkt de partij minder op kopstukken te teren en het meer te moeten hebben van algemeen sentiment.