Voor het hof van assisen in Brugge is vanochtend het tweede assisenproces tegen Jean-Claude Lacote (54) en Hilde Van Acker (57) gestart.
De Franse Ivoriaan en zijn toenmalige partner kregen eind 2011 levenslang, maar tekenden verzet aan tegen hun verstekveroordeling voor de moord op de Brit Marcus Mitchell (44) in 1996 in De Haan.
Discussie over burgerlijke partijstelling
Bij de start van het proces wilden de advocaten van de nabestaanden van de Brit zich burgerlijke partij stellen. Maar daartegen had de verdediging zich daartegen verzet, omdat van een burgerlijke partij tijdens het proces, nu 25 jaar geleden bij verstek geen sprake was. "Het is zeer verwonderlijk dat over een moord van 1996 in het jaar 2021 plots een burgerlijke partij komt opdagen", aldus meester Kris Vincke, advocaat van Van Acker. Na een beraadslaging van drie kwartier oordeelde het hof dat de familie Mitchell zich wel degelijk burgerlijke partij kan stellen.
Afgemaakt met twee kogels
Spelende kinderen ontdekten het levenloze lichaam van het slachtoffer op 28 mei 1996 in het Staatsbos in De Haan. Het slachtoffer lag op zijn rug toen hij enkele dagen eerder vanop enkele centimeters afgemaakt werd met twee kogels in het linkeroog en in de linkerslaap. Marcus Mitchell kon snel geïdentificeerd worden doordat zijn vrouw hem als vermist had opgegeven. Vreemd genoeg waren zijn persoonlijke documenten ondertussen al teruggevonden op het strand van Lymington, tegenover het Britse eiland Wight. In de spullen van de Brit vonden de speurders ook een huurcontract voor een studio in Knokke-Heist. De avond van 23 mei werd hij door de verantwoordelijke van het agentschap voor het laatst gezien in de buurt van het appartementsgebouw. Zijn echtgenote verklaarde dan weer dat Mitchell als zakenman in vliegtuigelektronica sinds enkele maanden vaak contact had met een zekere 'John', die hij in Sarajevo had leren kennen. Na de verdwijning van Mitchell telefoneerde zijn echtgenote meermaals met John en met zijn vriendin, een zekere 'Hilde'. Op basis van die informatie werden Jean-Claude Lacote en Hilde Van Acker op 2 juni opgepakt op de luchthaven van Charleroi. Ze stonden op het punt om met een privévliegtuig naar Parijs te vliegen. Beide beschuldigden ontkenden elke betrokkenheid bij de dood van Mitchell en werden enkele maanden later vrijgelaten. Uit het onderzoek bleek ondertussen dat Lacote en Van Acker in meerdere oplichtingszaken verwikkeld waren. Zo zaten ze in 1995 allebei al een tijdje in een Engelse gevangenis. Een Duitser werd kort voor de moord zelfs een miljoen Duitse mark lichter gemaakt. Volgens het openbaar ministerie besefte ook Marcus Mitchell dat hij was opgelicht en eiste hij daarom het geld van zijn geldschieters terug.
Pistool
Volgens het openbaar ministerie waren er voldoende elementen om Lacote en Van Acker voor het hof van assisen te brengen. Zo werd aangetoond dat Lacote op de dag van de feiten telefonisch voortdurend in contact stond met het slachtoffer. Bovendien had hij eerder die dag een pistool gekocht van hetzelfde kaliber als het moordwapen. Van Acker werd op basis van de robotfoto door meerdere getuigen herkend als de vrouw die op 23 mei samen met Mitchell gespot werd in Knokke. Op 15 december 2011 werden Jean-Claude Lacote en Hilde Van Acker bij verstek tot levenslange opsluiting veroordeeld voor de moord op Marcus Mitchell. Jean-Claude Lacote werd uiteindelijk op 20 november 2019 ingerekend in Abidjan, zijn ex-vrouw werd de volgende ochtend in dezelfde Ivoriaanse stad gearresteerd. Na hun uitlevering tekenden ze allebei verzet aan tegen hun veroordeling, waardoor ze recht hebben op een nieuw proces.
Uitspraak op 17 maart
Het proces start om 9 uur met de voorlezing van de lijvige akte van beschuldiging door openbaar aanklager Yves Segaert-Vanden Bussche. Daarna zullen de advocaten van beide beschuldigden nog een akte van verdediging voorlezen. Lacote en Van Acker zullen op maandagochtend maart verhoord worden door voorzitter Bart Meganck. De uitspraak wordt op woensdag 17 maart verwacht.
