In de zaak rond de groepsverkrachting van een meisje van 17 in Oostende is het vonnis over een 18-jarige beklaagde uitgesteld naar 24 maart. De jongen van Iraakse origine was minderjarig op het moment van de feiten, maar werd uit handen gegeven door de jeugdrechter.
De groepsverkrachting van het 17-jarige meisje dateert al van 21 november 2015, maar kwam pas eind januari 2016 bij toeval aan het licht.
Op het gsm-toestel van een minderjarige verdachte werd een foto gevonden waarop hij met een wapen poseerde, waarop zijn school de politie inschakelde. Die trof op het bewuste toestel vier filmpjes van de groepsverkrachting aan. De feiten werden onder invloed van alcohol gepleegd in een woning in Oostende. Het slachtoffer was het vriendinnetje van een van de daders.
De lokale politie van Oostende slaagde erin om alle betrokkenen te identificeren. Het ging om zeven personen van Iraakse origine. Vier meerderjarige verdachten werden in november vorig jaar al veroordeeld tot celstraffen tot 7 jaar effectief door de correctionele rechtbank van Brugge. Het OM had in dat dossier straffen tot vijf jaar cel gevorderd.
Een van de minderjarige verdachten werd afgelopen zomer uit handen gegeven door de jeugdrechter. Voor hem vordert het OM een effectieve gevangenisstraf van zeven jaar. Het vonnis is uitgesteld naar de zitting van vrijdag 24 maart om 15 uur.