Op het assisenproces over de moord op Marcus Mitchell (44) hebben beschuldigden Jean-Claude Lacote (54) en Hilde Van Acker (57) meermaals benadrukt dat ze zich tijdens het onderzoek slecht behandeld voelden door de politie.
Jean-Claude Lacote beschreef hoe hij een opleiding tot piloot volgde en een vliegtuigmaatschappij oprichtte, en zijn contacten met de Liberanse presidente en nobelprijswinnares Ellen Johnson Sirleaf. Zijn wereld stortte naar eigen zeggen in toen Hilde Van Acker hun relatie verbrak. Na de scheiding verkocht hij zijn vliegtuigmaatschappij en ging hij aan de slag in een garage. "We waren de grootste producent van motors op maat in West-Afrika", klonk het.
In november 2019 werden de beschuldigden in Abidjan gearresteerd, maar volgens Lacote wisten ze al een tijdje dat ze gevolgd werden. "Hilde had kanker en wilde dat het gedaan was. Ik heb hen gezegd dat ik op hen had gewacht. Ik ben zonder handboeien met hen meegegaan." In de gevangenis vervult de beschuldigde een vertrouwensfunctie, maar vermijdt hij elk contact met andere gedetineerden.
Slecht behandeld door politie
Hij vreest immers dat een informant van de politie hem zou benaderen. "Er zijn er die zouden liegen tegen de politie in ruil voor een voordeel." Lacote beweerde ook dat hij geslagen werd door de politie. En ook zijn ex-vrouw Hilde Van Acker wantrouwt de politie: "Ik werd uitgescholden, was een prostituee, deed het voor het geld. Ik moest zeggen dat hij het gedaan had. Ze werden almaar bozer en bozer als ik dat niet wilde."
Hilde Van Acker legde uit dat haar relatie met Lacote voor problemenzorgde tussen haar en haar familie. "De kleur stond hen niet aan. En ook dat ik door hem in de gevangenis geraakt was. Ik was niet 100 procent meer verliefd, maar ben toch naar Zuid-Afrika vertrokken. Zo zouden de artikels in de kranten en de druk op mijn ouders gestopt worden." Van Acker ontkende ook nogmaals dat ze haar toenmalige partner in 2008 uit een Zuid-Afrikaanse gevangenis hielp ontsnappen.
Rol in oplichting overdreven
Voorzitter Bart Meganck polste ook naar haar rol in de oplichtingspraktijken van Lacote. Van Acker verklaarde dat ze wel vermoedens had, maar dat ze dacht dat alles kaderde in zijn werk als undercoveragent. "Mijn rol in die oplichtingszaak wordt zo uitgebreid en zo overdreven. Ik was de boodschapper, het loopmeisje eigenlijk. Ik ben er inderdaad voor veroordeeld, maar ik mocht niet alles weten."
De beschuldigde Jean-Claude Lacourt is nerveus zegt hij zelf. Ooit verdiende hij veel geld, nu is hij platzak. Het slachtoffer is vermoord met twee kogels, één in zijn oog en één in zijn hals. Eén kogel ligt op zijn borst, de ander is later teruggevonden in de grond. Veel meer sporen zijn er niet gevonden. Lacote blijft erbij dat hij de Britse zakenman die dood gevonden werden in de bosjes in De Haan niet heeft vermoord. Ook al zag hij hem op 23 mei 1996 in Knokke en was hij later die avond in Oostende, dat weten we via zijn telefoon.
Morgen komen verschillende agenten van de federale gerechtelijke politie getuigen.
Lees ook:
