Gisteravond kwam Vlaams minister van Omgeving Zuhal Demir naar Kortemark om het nieuwe stikstofakkoord met de boeren zelf te bespreken.
West-Vlaanderen is de landbouwprovincie bij uitstek, zeker met de vele varkenshouders. In het stikstofakkoord moet de varkensstapel met 30% inkrimpen. De grote lijnen liggen vast, maar zolang het openbaar onderzoek loopt, kan er nog wat bijgestuurd worden.
Een ontmoeting van landbouwers met Vlaams minister Demir in het Maisdoolhof in Kortemark maakt in elke geval duidelijk dat er veel kritiek is en dat er dus ook veel bezwaren ingediend zullen worden. Vlaams minister van omgeving Zuhal Demir: “Op dit moment ben ik een beetje de schietschijf. Maar ik vind het wel mijn verantwoordelijkheid om naar de toekomst toe een goed juridisch kader te maken. Als we vergunningen afleveren in de toekomst, dan moet die jonge landbouwer rechtszekerheid hebben. Hij moet kunnen zeggen: hier kan ik de komende 10 of 15 jaar mee aan de slag.”
Lokale productie wordt belangrijker
En die rechtszekerheid ontbreekt vandaag. Daarom willen de boeren vooruit met het stikstofdossier, ook al betekent het dat de varkensstapel met 30% verminderd moet worden. Hendrik Vandamme, voorzitter ABS: “Die 30% is er niet zomaar gekomen. Dat is duidelijk een vraag van de sector en de varkenshouders zelf. En je merkt duidelijk dat men er liever morgen aan begint dan overmorgen. Op dat vlak moet er vaart gemaakt worden om de mensen niet verder de put in te duwen op financieel en emotioneel vlak.”
Maar hoe zwaar stikstofakkoord ook weegt op veel landbouwersgezinnen, zonder een akkoord komt er geen rechtszekerheid en dus ook geen vergunningenbeleid. De toekomst van onze landbouw en dus ook onze voedselvoorziening hangt van die rechtszekerheid af. En we zullen meer en meer moeten terugvallen op onze eigen lokale productie van voeding. Dat is de jongste tijd pijnlijk duidelijk geworden.